Stads- en Wijkmonitor 2020

Programma's

Welzijn en Zorg

Wmo

Deze module behandelt het gebruik van Wmo-voorzieningen. Onderwerpen die de revue passeren zijn de aantallen cliënten, hun kenmerken en gegevens over aanbieders en verwijzers. Daarnaast volgen bevindingen uit de cliëntervaringsonderzoeken en gegevens over de kosten voor de gemeente.  

Aantallen cliënten Wmo (exclusief beschermd wonen)

Voor de Wmo kunnen we de ontwikkeling van de aantallen cliënten in beeld brengen voor 2017 tot en met 2019. Het totaal aantal cliënten voor maatwerkvoorzieningen binnen de Wmo (exclusief beschermd wonen) is in deze twee jaar iets toegenomen van ongeveer 11.400 over heel 2017 naar 12.100 over heel 2019. Van 2017 tot en met 2019 zijn er ruim 15.700 (unieke)  Wmo-cliënten geweest.


Figuur: Unieke cliënten Wmo excl. beschermd wonen

Het actuele aantal cliënten op een bepaald peilmoment is logischerwijs altijd wat minder. Zo was het aantal actuele cliënten met een openstaande indicatie op 1 januari 2020 iets meer dan 10.300, circa 500 minder dan het totaal aan unieke cliënten gedurende het vierde kwartaal van 2019.

Uitsplitsing naar zorgsoort

De aantallen cliënten hulpmiddelen (rolstoelen, vervoer en woonvoorzieningen) zijn het grootst (ruim 5600 in het vierde kwartaal 2019, zie figuur). Met name gaat het om cliënten die gebruik maken van:

  • taxivoorzieningen (circa 3200)
  • rolstoelen (1450)
  • scootmobielen (1200)
  • woningaanpassing (1050)
  • vervoer (900).

Daarna volgen de cliëntenaantallen voor huishoudelijke hulp (4800) en ondersteuning (ambulante begeleiding en dagbesteding, samen 3000). Het aantal Nijmegenaren dat een beschikking heeft voor maatschappelijke opvang (24uursopvang, crisisopvang) is in elk kwartaal 450 tot 500.  

Het totaal van de vier onderscheiden zorgsoorten is hoger dan de eerdergenoemde 12.000 omdat een aanzienlijke groep van meerdere soorten voorzieningen gebruik maakt. Bij de 12.000 gaat het dus om unieke cliënten.

Onderstaande figuur toont de ontwikkeling van het aantal unieke cliënten per zorgsoort en kwartaal over 2017 tot en met 2019. Uit de data is af te leiden dat over het hele jaar gemeten de aantallen cliënten huishoudelijke hulp en hulpmiddelen tussen 2017 en 2019 met resp. 450 en 500 zijn toegenomen.  Het aantal cliënten ondersteuning is stabiel gebleven.


Figuur:  Unieke cliënten Wmo excl. beschermd wonen naar zorgsoort

De volgende figuur toont een verdere uitsplitsing van de voorzieningen naar zogenaamde productcategorie (landelijke rubricering). Hulp bij het huishouden en vervoervoorzieningen laten daarbij met afstand de grootste cliëntenaantallen zien, gevolgd door begeleiding en woonvoorzieningen, en vervolgens rolstoelen en dagbesteding. Volgens de registratiegegevens bevindt zich binnen de Wmo-ondersteuning over 2019 inmiddels een groep van 180 cliënten die vanuit de brede basisteams (beschikkingsvrije) begeleiding heeft gehad (pilot in Lindenholt en Nijmegen-Zuid).


Figuur: Aantal cliënten Wmo 2019  (excl. beschermd wonen) naar productcategorie

Spreiding cliënten over de stad

In absolute zin zijn Zuid (met daarbinnen Hatert), Dukenburg en Oost de stadsdelen met de meeste cliënten. In relatieve zin, gecorrigeerd naar het aantal inwoners per stadsdeel, zijn dat Hatert (ca. 14% van de volwassen bevolking), gevolgd door Dukenburg, Nieuw-West en (rest) Zuid (ca. 10-11%).

Binnen de stadsdelen vallen vooral de volgende wijken op met grote aantallen Wmo-cliënten:  Hatert, Neerbosch-Oost en Biezen, met resp. ongeveer 1250, 800 en 750 cliënten in 2019. In 2018 waren dat ook de wijken met de grootste aantallen cliënten. Stadsbreed is het laatste jaar het aantal Wmo-cliënten met 500 toegenomen. Veel wijken vertonen derhalve een toename van iets meer dan 0 tot in enkele gevallen 30 of meer. In sommige wijken is ook een (zeer) lichte terugloop waaronder ook sommige die tot de traditionele aandachtsgebieden behoren (Nije Veld en Wolfskuil).


Figuur: Cliënten Wmo 2019 naar gebiedsteams, absoluut aantal en als  aandeel bevolking vanaf 18 jaar op 1 jan. 2019


Figuur: Aantal cliënten Wmo 2019 per wijk

Cliëntgroepen binnen de Wmo

Net als voorheen is ongeveer de helft (51%) van de Wmo voorzieningen in 2019 toegekend aan de categorieën vanaf 65 jaar: 16% door de 65- tot 74-jarigen, 21% door de 75- tot 84jarigen en 14% door 85 en ouder. Tweederde van de oudere cliënten is vrouw. Het aandeel van niet-westerse komaf is beperkt (6%, tegen  15% in de totale bevolking). Bij deze groepen gaat het vooral om huishoudelijke hulp en hulpmiddelen (bij elk ongeveer 4000 oudere cliënten). Cliënten van 65 en ouder met begeleiding of dagbesteding vormen slechts een beperkte groep (nog geen 450).

In de leeftijdsklassen tot en met 64 jaar zijn de aandelen mannen en vrouwen bijna gelijk (49-51%). Het aandeel cliënten van niet-westerse herkomst is aanzienlijk groter dan bij de ouderen (20%, met ook hierbij nagenoeg evenveel mannen als vrouwen). 55% van deze, jongere, cliënten, vooral alleenstaanden en ook wat meer mensen van niet-westerse komaf, betrekt hulp uit de zorgsoort ondersteuning (begeleiding en dagbesteding). Een derde maakt gebruik van hulpmiddelen, een kwart van huishoudelijke hulp. Een flink aantal binnen deze groep maakt gebruik van meerdere soorten voorzieningen.

Verwijzers en aanbieders

Wmo-voorzieningen worden in principe aangevraagd via de Sociale Wijkteams. Voor een zeer beperkt deel komen ze ook van de kant van regieteams of veiligheidshuis. Over 2019 waren er vanuit de registratie zo’n 100 aanbieders bekend voor de diverse arrangementen; in 2018 waren dit er zo’n 130. Qua cliëntenaantallen twee grootste (resp. 2400 en 1400, bijna 30% van alle Wmo-cliënten) betreffen vervoer en huishoudelijke hulp. Daarop volgen ongeveer 15 aanbieders, verspreid over verschillende zorgsoorten, die elk in 2019 zo’n 200 tot 700 cliënten bedienden en samen goed zijn voor meer dan de helft van de cliënten. Iets minder dan de helft van de 100 aanbieders heeft 15 of minder cliënten.

Beschermd wonen

Het aantal cliënten Beschermd Wonen is het afgelopen jaar afgenomen. In 2017 waren er iets meer dan 1450 cliënten Beschermd Wonen en dit nam licht toe in 2018 naar nagenoeg 1500 cliënten. In 2019 nam dit aantal weer af naar minder dan 1450 cliënten. Het actueel aantal cliënten in een kwartaal schommelde in 2019 tussen 1200 en 1300.  




Figuur: Unieke cliënten Wmo beschermd wonen

Een aanzienlijk deel van de cliënten beschermd wonen (naar schatting 20 tot 25%) ontvangt voor dan wel na hun verblijfsarrangement ook andere ondersteuning in de vorm van begeleiding, dagbesteding of vervoer.
De stadsdelen waar de instellingen de meeste huisvesting bieden zijn Midden en Centrum (ongeveer 230 cliënten) en vervolgens Oost en Nieuw-West (respectievelijk ruim 150 en ruim 130 cliënten). Samen gaat het om ongeveer 800 Nijmeegse cliënten. Het aantal regionale en bovenregionale cliënten waarvoor Nijmegen de zorg regelde was in 2019 naar schatting circa 700.

Tweederde van de Nijmeegse Beschermd Wonen cliënten over 2019 is man. De grootste groep bevindt zich in de leeftijdsklassen tussen 27 en 64 jaar (tweederde). Een kwart behoort tot de jongere leeftijdsgroepen daaronder.

De indicaties voor beschermd wonen worden gesteld vanuit de GGD. De cliënten zijn voor resp. 60% en 20% gehuisvest bij twee grote instellingen (RIBW en IrisZorg). Zes instellingen verzorgen elk 30 tot 100 cliënten. De overige ruim 20 instellingen hebben bijna allemaal 10 of minder cliënten uit de Nijmeegse regio in zorg. Daaronder bevinden zich een aantal aanbieders met overgangscontracten (voor nog 1 jaar).

Cliëntervaringsonderzoeken Wmo

Gemeentelijk cliëntervaringsonderzoek laat zien dat het rapportcijfer dat Wmo-cliënten geven voor het regelen van hun ondersteuning, rond de 7,0 schommelt. Het rapportcijfer voor de kwaliteit van de ondersteuning ligt wat hoger; rond de 7,7. Het element waarop door de jaren heen het laagst wordt gescoord als het gaat om het regelen van hulp, is de snelheid waarmee men is geholpen. Desalniettemin oordeelt hierover in 2019 61% van de cliënten (zeer) positief. Over de jaren ligt de tevredenheid van cliënten beschermd wonen wat lager dan gemiddeld, zowel als het gaat om het regelen van ondersteuning als de kwaliteit ervan.

Figuur: Rapportcijfer regelen en kwaliteit ondersteuning
Bron: Gemeentelijk cliëntervaringsonderzoek

Kosten Wmo

Op basis van de beschikbare gegevens uit de beschikbare dashboards zijn benaderingen te maken van de kosten voor de “nieuwe” Wmo-voorzieningen (ondersteuning en beschermd wonen). Zo bedroeg in 2019 het totale bedrag aan ingediende declaraties voor begeleiding 13,3 miljoen euro en voor dagbesteding 1,4 miljoen. In 2018 lagen deze bedragen resp. anderhalve- en tweeëneenhalve ton hoger. Binnen begeleiding betreft het grootste deel specialistische begeleiding (7 miljoen euro). De reguliere begeleiding is goed voor ruim 5 miljoen.
Verreweg het hoogst zijn de kosten voor beschermd wonen. Voor de circa 800 Nijmeegse cliënten zijn in 2019 betalingen verricht voor ongeveer 24,7 miljoen euro. Het jaar daarvoor was dat nog 1,1 miljoen meer.


Figuur: Indicatie kosten Wmo ondersteuning en begeleiding over 2018 en 2019 (x €1000)

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 05/07/2020 11:34:54 met de export van 05/07/2020 11:26:38